2.5 Geen stem in het kapittel
2.5.2 De wegbereider aan de zijlijn?
De bestuurlijke slapte in de eerste jaren van het Zeeuws Genootschap der Wetenschappen paste totaal niet bij de persoonlijkheid en dadendrang van een visionair als Gallandat, die hier blijkbaar niet de krachtige en sturende rol kon spelen zoals in het Collegium Medicum. Zijn ondergeschikte positie in de organisatie van het Genootschap laat zich goed verklaren uit de destijds bestaande standenmaatschappij. Hierin maakte de regentenklasse, de kleine bovenlaag van de rijke burgerij, in de steden, bestuurlijk de dienst uit en dat vertaalde zich ook naar het bestuur van het Zeeuws Genootschap. Gallandat mocht als medicinae doctor een aanzienlijke status hebben opgebouwd en zich financieel met de elite kunnen meten, als nakomeling van emigréfamilies (zie par. 2.1) behoorde hij niet tot de stedelijke regentenstand en hoorde daarom geen deel uit te maken van het selecte groepje directeuren in het bestuur van het Zeeuws Genootschap. Op de besluitvorming had hij dus geen enkele directe invloed[ note]Verhandelingen ZHGW , dl 1, 1769, blz. VI; Uit het overzicht van de geschiedenis van het genootschap blijkt, dat hij wel penningmeester (thesaurier) en algemeen lid was. Van de leden werden periodiek publicaties verwacht voor publicatie in de jaarlijkse ‘Verhandelingen’ ; Steutel, C. blz. 102; Zeeuws Tijdschrift, 01-01-1964, Mededelingen van het Zeeuws Genootschap der Wetenschappen, blz. 32.[/note].
Zijn positie aan de bestuurlijke zijlijn zou een belangrijke verklaring kunnen zijn, waarom het genootschap de eerste jaren na de oprichtingsfase was blijven steken in organisatorische futiliteiten en wetenschappelijke onbenulligheid.