2. INLEIDING: ACHTERGRONDEN VAN DE IMMENSE VLUCHTELINGENSTROOM
2.2 Vooral geen zorgen voor den tijd
Dat vakanties niet werden uitgesteld of afgebroken was verklaarbaar, want het leek er zelfs in de loop van juli in de verste verte nog niet op dat een eventuele Europese oorlog ook België zou treffen.
De aanleiding tot de Weereldbrand lag ver weg op de Balkan en was al zo goed als vergeten. Op 28 juni ‘s middags sloeg, figuurlijk gesproken, daar de bliksem in. Het Hulsterblad van 4 juli meldde: In den namiddag van j.l. Zondag verspreidde de telegraaf de ontzettende tijding over de wereld dat de aartshertog en zijn gemalin te Serawejo 1, de hoofdstad van Bosnië waren vermoord . De beoogde Oostenrijkse troonopvolger Franz Ferdinand bracht met zijn echtgenote een officieel bezoek aan Sarajevo. Over niet al te lange tijd zou hij de hoogbejaarde keizer Franz Jozef opvolgen en daarom maakte hij een rondreis door het uitgestrekte Oostenrijk-Hongarije. Bosnië, dat pas sinds 1908 tot Oostenrijk behoorde, was gewoonweg geannexeerd. Deze inlijving was tegen het zere been van buurland Servië, dat soortgelijke aspiraties had. Ook in Bosnië waren velen verontwaardigd en de heetgebakerde Bosnische student Gavrilo Princip schoot die zondag met dodelijke precisie raak.
Afbeelding 3 (theconversation.com)
De laatste foto van aartshertog Franz Ferdinand van Oostenrijk en zijn vrouw Sophie in levenden lijve. Zij verlaten hier het stadhuis van Sarajevo om plaats te nemen in een cabriolet. Door het neergeklapte opvouwbare dak was het echtpaar zo’n vijf minuten later een gemakkelijke schietschijf. De dodelijke schoten zouden ruim een maand later ook België in de Eerste Wereldoorlog meeslepen en aan het begin ervan voor een blinde vluchtelingengolf naar onder meer Zeeuws-Vlaanderen zorgen.
De Oostenrijkse regering was ziedend: In de officiële kringen te Weenen wordt verklaard, dat men van nu af de zekerheid heeft dat te Belgrado het middelpunt der samenzwering ligt. Is zulks het geval dan is het mogelijk dat de Oostenrijksche regering ertoe genoopt wordt van de Servische te vorderen dat zij de noodige maatregelen neme tegen de woelgeesten, teneinde een onrustwekkenden toestand te doen ophouden las men in Het Hulsterblad op 11 juli 2.
In Wenen nam men gemakshalve dus aan dat de regering in Belgrado, de hoofdstad van Servië, achter de moordaanslag zat en hierdoor kon de sinds 1908 bepaald gespannen relatie tussen beide landen tot een gevaarlijke escalatie leiden. Toch gebeurde er na de moordaanslag wekenlang niets, zo leek het althans voor de buitenwereld. Daarbij was de Balkan al zó lang een ingewikkelde heksenketel waarin de ene ‘Balkancrisis’ na de andere ‘Balkan-oorlog’ werd rond geroerd en alle onheil daar was steeds gelokaliseerd gebleven en bezworen. Ook nu leek dat het geval.
Zijne Hoogheid, de aartshertog, bleek echter zo doorluchtig, dat de Oostenrijkse Dubbelmonarchie in een bedrieglijke stilte een officiële nota aan Servië had uitgebroed en hier pas op 23 juli mee aan kwam zetten. De gestelde eisen waren zo scherp, dat het ontvangende land gezichtsverlies zou leiden als het alles inwilligde. De 25e kwam het Servische antwoord al, binnen het gestelde ultimatum van 48 uur en verrassend genoeg heel hoffelijk en gematigd. Hoe tegemoetkomend ook, een volledige acceptatie was het niet en uit voorzorg begonnen beide landen direct met de mobilisatie en verbraken zij hun diplomatieke betrekkingen.
Afbeelding 4 (heroesofserbia.com, Istorija Srpska)
Het begin van het beruchte ultimatum van het Oostenrijks-Hongaarse keizerrijk aan het koninkrijk Servië, 23 juli 1914. Dit ultimatum was in zulke scherpe bewoordingen en eisen gesteld, dat het bij voorbaat zeker was, dat Servië dit niet onverkort zou accepteren. Hiermee leek Oostenrijk-Hongarije bewust een oorlog uit te lokken.
Met de ‘Zustand drohender Kriegsgefahr’ werd het beslist menens, maar de foutieve inschatting van de publieke opinie kon op 26 juli niet treffender verwoord worden dan door ‘De Nieuwe Courant’: Neen waarlijk, het zal zoo ‘n vaart niet loopen, blijf kalm toch toezien hoe de berg bezig is een muis het aanzijn te schenken … Nu, tegen dien tijd zullen wij wel eens zien. Vooral geen zorgen voor den tijd.
Tegen deze achtergrond is de onbezorgdheid van de Belgische vakantiegangers te begrijpen. Wie vermoedde er, dat België een week later in oorlog zou zijn?